
In Nauwelijks geraakt staat het noodlot centraal in de vorm van een noodlottige liefde. In dit geval de ietwat misplaatste obsessie van Mète voor zijn jonge,beeldschone halfzus Belinda. Na de dood van zijn moeder en het snel daarop volgende tweede huwelijk van zijn vader, wordt Mète overmand door gevoelens van onmacht. Hoewel zijn ouders al lange tijd uit elkaar waren, voelt het als een verraad. Wanneer zijn vader voor twee weken op huwelijksreis vertrekt, vraagt hij Mète om zijn dochter (Mètes halfzus) in huis te nemen en op haar te letten.
Omdat Mète bezeten is van haar schoonheid, tracht hij de eerste week het huis zoveel mogelijk te ontvluchten. Hij verkent het nachtleven met zijn vriend Damiano, maar geen enkele andere vrouw kan hem bekoren. Ook in zijn werk als grafoloog vindt hij geen redding, want Belinda's geschrift is een absolute weergave van haar overduidelijke schoonheid. Na een week kan hij haar niet meer ontsnappen en tot zijn verbazing kan hij zijn begeerte kanaliseren door zich meer als broer te gedragen, vooral wanneer ze samen (hij voor de eerste keer) marihuana roken. Maar de ontnuchtering valt hem zwaar en zijn begeerte drijft hem tot waanzin. Hij sluit zich af van vrienden en wordt jaloers tegenover anderen die haar bejegenen. Ondertussen blijft de tijd wegtikken tot zijn ouders terugkomen van hun huwelijksreis. Zal Mète Belinda kunnen beminnen of tot het einde blijven lijden? En is er een verschil?
Nauwelijks geraakt is een fijnzinnige en inventief geschreven roman met korte verhaallijnen die in elkaar overvloeien. De karakters en in het bijzonder Mète worden als toneelspelers beschreven en bekeken. Van bovenaf zoals op een landkaart, zo lijkt wel. In die zin is er in de kantlijn ook ruimte om uit te weiden over de stad Rome en haar rijke geschiedenis.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten