Ilja Leonard Pfeijffer is een Nederlandse dichter en romancier. Hij is gespecialiseerd in het werk van de klassieke dichter Pindarus. Hij wisselt essays en dichtbundels af met experimentele romans met een poëtische inslag. Romans die balanceren tussen tussen biografie, werkelijk-heid en fictie. Het lijkt wel één grote stijl-oefening. Zijn unieke en kenmerkende stijl vinden we ook terug in zijn nieuwe roman, La Superba, een lofzang op de Italiaanse stad Genua. Een stad waar de schrijver zich gelukkig voelt. Geen geluk als een kortstondige illusie zonder enige vorm van diepgang zoals toeristen deze wel eens ervaren. De schrijver wil assimileren met de lokale bevolking en verdwalen in de labyrinten van kleine straatjes die de gewone toeristen afschrikken.
Ilya is naar Genua gekomen om de stad en zichzelf opnieuw te ontdekken. In Nederland was alles gekend en geregeld. In Genua is alles verborgen. Een man in lompen kan een rijke stinkerd zijn, maar loopt daar niet mee te koop zoals in Rome of Milaan. Elke Genuees is, omdat het niet anders kan, katholiek en alle mannen zijn geobsedeerd door voetbal. Als een volleerde gids neem "Leonardo" ons mee door de schimmige straten van Genua en zijn geschiedenis.
Toch is er wel degelijk ruimte voor fictie of dat mag men toch hopen wanneer de schrijver een afgekapt vrouwenbeen vindt en het mee naar zijn woning neemt. Hij heeft er een kortstondige relatie mee die de perfectie benadert van wat liefde mag heten. Als het been begint te bederven, moet hij er noodgedwongen afstand van doen. In dergelijke passages schuilt de groteske humor die deze roman stoffeert.
Het leeuwendeel van deze roman is volgens de schrijver neergepend op het terras van de Bar met de Spiegels. Daar heeft hij immers een oogje laten vallen op het mooiste meisje van Genua die er als serveerster werkt. Hij observeert haar elke dag tot hij haar eindelijk durft aan te spreken. Net zoals de stad waarin hij verblijft, blijkt ze complexer dan hij vermoedt, wat hem alleen maar aanspoort in zijn veroveringstocht.
Dieper in de stad komt hij vooral in contact met types van de onderlaag zoals Rashid, de Marokkaanse immigrant van wie verwacht wordt dat hij met een Mercedes vol rolexen naar zijn thuisland zal terugkeren. In ruil voor enkele biertjes vertelt de Senegalees Djiby het verhaal van de helletocht die hij heeft ondernomen om uiteindelijk in Genua te belanden.
Als luxe-immigrant staat "Leonardo" aan de andere kant van het spectrum. Hij schuimt gezellig de terrasjes af en kijkt naar de mooie meisjes, terwijl Rashid en Djiby met tien andere Afrikaanse immigranten verblijven in een te krap appartement en amper kunnen rondkomen. De Britse Don schippert tussen beide uitersten. Hoewel hij niet rijk is, slaag hij er al twintig jaar in een graag geziene gast te zijn in de lokale bars waar de bezoekers aan zijn lippen hangen en er steevast een gin-tonic voor hem klaarstaat.
La Superba is opgevat als een verhaal dat de schrijver vertelt aan een niet nader genoemde kennis. De roman moet een aanklacht zijn tegen het lot van de Afrikaanse immigranten die Genua overspoelen en dit gespiegeld aan de vroegere geschiedenis waarbij dertig miljoen Italianen als migranten hun geluk gingen beproeven in Amerika. Ilya wil dit openbaren, maar stuit in zijn idealisme op de lokale machtshebbers die hem enkel maar tolereren zolang hij zich niet te veel met lokale aangelegenheden moeit.
Als lezer ben je als het ware getuige van het wordingsproces van een roman, waarbij het verhaal zichzelf schrijft, terwijl het wordt beleefd. In deze optiek doet het wel wat denken aan de Gonzo journalistiek van Hunter S. Thompson. De schrijver laat zijn gedachten de vrije loop en kruidt deze met flinke dosissen poëzie en humor. Ilja Leonard Pfeijffer laat ons kennismaken met zijn interpretatie van Genua, niet te verwarren met de werkelijkheid.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten