31 dec 2012

Mijn favoriete romans van 2012

2012 was mijn eerste jaar als fervent lezer. Zodoende ben ik 35 jaar moeten worden om voor de eerste keer in mijn leven een 50-tal boeken te lezen op een jaar tijd en dit als pure ontspanning in te kunnen vullen. 2012 was dus in alle opzichten een goed leesjaar. Ik heb veel gelezen en ik heb ook veel goede romans gelezen. Door selectief te werk te gaan en te luisteren naar anderen heb ik mezelf een bepaalde stijl kunnen aanmeten. Weg met de thriller of de historische roman, niet dat deze slecht zijn, verre van. Maar je kan als lezer onmogelijk alles lezen en dan moet je kiezen.

Ik lees bv. af en toe graag korte romans die de 200 bladzijden amper overtreffen. Verhalenbundels komen hiervoor in aanmerking, zoals Kangoeroe correspondentie van Haruki Murakami of gewoon korte romans zoals De ijsbaan van Roberto Bolano. In het segment autobiografiën kies ik liever voor de gethematiseerde aanpak, zoals Winterlogboek van Paul Auster.

Er leek dit jaar wel een invasie te zijn van kwalitatieve Nederlandstalige romans van onze Noorderburen. Ik heb dan ook enorm genoten van Het voorseizoen van David Pefko en Grip van Stephan Enter. En dan moet ik de nieuwe Wieringa nog lezen.

Enkele debutanten hebben me van mijn sokken geblazen met inventieve romans zoals Swamplandia! van Karen Russell en De gebroeders Sisters Patrick Dewitt. Ze wisten me zonder moeite mee te nemen in hun fantasierijke wereld.

Ook grote namen wisten te bevestigen met een waardige opvolger voor hun oeuvre. Suikertand van Ian McEwan was met zijn rechtlijnig verhaal een echte pageturner. Alessandro Baricco wist me dan weer moeiteloos te overtuigen met Mr. Gwyn, een verhaal vol poëtische schoonheid. Gary Shteyngart wist me eveneens te ontroeren met zijn apocalyptische roman Supertriest waargebeurd liefdesverhaal.

2012 is in leesopzicht natuurlijk nog lang niet voorbij en ook in 2013 en later zullen nog vele romans met de stempel 2012 de revue passeren. Alvast veel leesplezier gewenst voor 2013!

29 dec 2012

Antonio Ungar - De presidentskandidaat


Antonio Ungar (Colombia, 1974) behoort volgens de pers tot de ‘Bogotá 39’, de beste Zuid-Amerikaanse schrijvers onder de 39. De presidentskandidaat werd in 2010 bekroond met de Premio Herralde de Novela, een belangrijke prijs voor jonge, veelbelovende schrijvers. Deze roman vermengt op vernuftige wijze verschrikkelijke zaken zoals ontvoeringen, corruptie en onevenredig geweld tegenover de zwakkeren in de maatschappij met scherpe humor en een ijzersterk verhaal. Niet dat het verhaal zo speciaal of bijzonder is, maar de uitwerking ervan doet denken aan Saramago's De stad der blinden waar je tot aan het einde aan je stoel gekluisterd blijft zitten.
Het verhaal begint echter niet zo spectaculair.José Cantona is een zuipende nietsnut die zijn leven aan zich voorbij ziet gaan, zonder er bij stil te staan. Tot op de dag dat de belangrijkste oppositieleider en toekomstig presidentskandidaat Pedro Akira wordt neergeschoten. José lijkt inderdaad als twee druppels water op het boegbeeld van de Gele beweging en ze komen hem dan ook opzoeken om de rol van Pedro Akira over te nemen. Buiten enkele ingewijden weet immers niemand dat Akira is gestorven en mits de juiste benadering kan José voor hem doorgaan en zijn taken overnemen om zo de geschiedenis van het land voorgoed te herschrijven.
 
Dat land is Miranda, een republiek die wordt geteisterd door doodseskaders en drugskartels met een president, J.E. Fluit, die het allemaal gedoogt en zelfs orkestreert om zijn eigen zakken te vullen. Bij de executie van Akira, stond deze net op het punt belangrijke informatie vrij te geven die de negatieve aspecten van de president en zijn belangrijkste ministers in de verf zou zetten.  
 
José moet de rol van Akira overnemen vanaf zijn langdurige herstel in het ziekenhuis tot aan de verkiezing. Gaandeweg en mede omdat hij verliefd wordt op de bevallige verpleegster Ada Neira, begint hij meer en meer te geloven in zijn eigen capaciteiten als leider en kleurt hij de rol van Pedro Akira met verve in. Hij kan zijn directe omgeving steeds in de waan laten met zijn begeesterende woorden.
 
Tot op een dag alles verandert door een aanslag op dr. Neira, de vader van Ada en vooraanstaand lid van de gele beweging. José moet onderduiken en wordt tot zijn grote verbazing gevangen gezet. Hij weet ternauwernood te ontsnappen en zoekt Ada om samen te vluchten. Gaandeweg groeit het besef dat de meeste leden van de gele beweging appelen voor hun eieren hebben gekozen en hem hebben verraden. José kan enkel rekenen op de onvoorwaardelijke steun van Ada en Jairo, de lijfwacht van Pedro Akira en daarna van José.
 
Pedro Akira zou zijn omgekomen in de aanslag met Dr. Neira en wordt al snel vergeten na de inzegening van de nieuwe (corrupte) eenheidsregering. Maar dat is zonder José gerekend die een belofte heeft gedaan aan zijn vader. Samen met Jairo besluit hij het regime van J.E. Fluit voor eens en altijd te ontmaskeren, al moet hij zijn leven daarvoor opofferen.
 

23 dec 2012

Alessandro Baricco - Emmaüs


Emmaüs is een verhaal over vier pubervrienden: Luca, Bobby, ‘de Pater' en de ik-verteller. Samen vormen ze het muziekbandje van de parochiegemeenschap. De verteller heeft het altijd uitdrukkelijk over ‘wij' en ‘ons' als hij over het vriendenclubje spreekt. Daarmee benadrukt hij niet alleen hun hechte band, maar ook de radicale tegenstelling die hij ziet tussen mensen die doordrongen zijn van de katholieke leer en de mensen die het zonder die leidraad doen. Die laatsten zijn voor de jongens haast een aparte mensensoort: ‘figuren aan de horizon'. Ze zijn niet deugdzaam, niet voorzichtig, ze kennen geen schaamte, en ze oogsten zowel goed als kwaad.
Daardoor ziet hun leven er rijker en spannender uit, maar verloopt het ook vaak tragisch. Tegelijk gaat er voor de vier jongens een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit van het mooie, raadselachtige, promiscue, fatale meisje Andre, dat voor hen duidelijk tot het andere kamp behoort. Totaal gehypnotiseerd wagen zij zich over ‘de grens', en lopen daarbij de nodige kleerscheuren op.
 
 
 
 


José Saramago - De tocht van de olifant


Met De tocht van de olifant, zijn voorlaatste (en laatste vertaalde) werk, bewees Saramago dat hij op gezegende leeftijd nog niets van zijn talenten of idealen verloren had. De befaamde communist en atheïst blijft vasthouden aan zijn stijl en thema’s, waarbij een zekere minzame spot steeds om de hoek loert. Voor dit korte verhaal liet Saramago zich inspireren door enkele historische feiten: in 1551 besluit Dom João III, koning van Portugal, om bij wijze van huwelijksgeschenk een olifant te geven aan zijn neef Maximiliaan van Oostenrijk.
Het verhaal start in Lissabon, waar koning João III besluit om de olifant weg te schenken en eindigt een tweehonderdtal pagina’s verder, wanneer de olifant in Wenen overlijdt.
 
Deze historie vormt voor Saramago een dankbaar excuus om te filosoferen over machtsverhoudingen, identiteit en zelfs ontworteling. De belangrijkste personages in het boek vormen dan ook de olifant Salomon en diens kornak Subhro. Als buitenstaanders binnen een formele en autoritaire maatschappij (waar de wil van de vorst wet is) zijn ze de gedroomde objectieve getuigen.
 
Toch vertrekt het verhaal niet vanuit het standpunt van een van beide, Saramago is de alleswetende verteller die naargelang het verhaal dit vraagt, zijn overkoepelende positie verlaat om op te treden als een van de romanpersonages. Naast Subhra en Salomon, die nergens als een persoonlijkheid naar voren komt, neemt ook de commandant van de ruiterij, die de olifant op zijn tocht begeleidt, een belangrijke rol in het verhaal op. Als vertegenwoordiger van de macht ziet hij zich gedwongen niet alleen op vriendschappelijke voet te staan met de kornak, maar zich ook te schikken naar de luimen van de olifant.
 
Het dier laat zich namelijk door niemand gebieden, ook niet door de aartshertog, zo zal later blijken, wat Saramago tot mild spottende opmerkingen verleidt rond hoe zelfs de grootste macht zich dient te schikken naar de (redeloze) natuur. Opvallend daarbij is dat Saramago weliswaar nog sympathie opbrengen kan voor de commandant en deze als een rechtschapen en plichtsgetrouwe man afschildert, terwijl hij voor de aartshertog duidelijk minder lovende woorden heeft. Met de eerste weet Subhra zelfs een vorm van vriendschap op te bouwen, waar Maximiliaan van Oostenrijk in de kornak, die hij zonder omwegen tot Fritz omdoopt, veeleer een noodzakelijk aanhangsel van de olifant (die de naam Soliman krijgt) ziet.
 
Maar niet alleen het wereldse gezag ontgeldt het in dit verhaal, ook de kerkelijke macht krijgt er van langs. Zo mag blijken uit de theologische gesprekken die de commandant en de nochtans gedoopte kornak voeren enerzijds en de vraag van een gezant van de basiliek van Sint-Antonius (Padua) aan Fritz (Subhra) anderzijds. Deze gebiedt de olifant te laten knielen voor de basiliek, om aldus de macht van God over alles wat leeft te bevestigen. Zonder ooit duidelijk partij te kiezen of uitgesproken (atheïstische) visies naar voor te brengen, hoeft er weinig tussen de regels gelezen te worden om te beseffen hoe ook hier Saramago een flinke neus naar het gezag zet.
 
De tocht van de olifant vormt het zoveelste bewijs dat Saramago ook na zijn befaamde roman Stad der blinden en de daaropvolgende Nobelprijs een te lezen auteur bleef. Zijn vergevorderde leeftijd deden geen enkele afbreuk aan zijn talenten als verhalenverteller en stilist. Het verhaal is een minzame, zachtmoedige parabel die een niet-alledaags historisch gegeven als uitgangspunt neemt voor een humoristische maar ook ontroerende reflectie op hoe de machtige en machteloze binnen de grenzen van zijn vrijheden leeft.
 

Herta Müller - De mens is een grote fazant


De Roemeense uitdrukking De mens is een grote fazant op de wereld betekent dat de mens eigenlijk en overal de grote verliezer is. In deze vertelling van de Nobelprijswinnares is dat niet meteen voor iedereen duidelijk. De molenaar Windisch weerspreekt de uitspraak van de nachtwaker, die de titel uitspreekt, door te verklaren dat de mens sterk is, sterker dan het dier. De mens is een grote fazant speelt zich af in een Roemeens dorp in een Duitstalig grensgebied. Ceaucescu regeert met harde man over het land. Windisch telt elke dag als hij naar zijn molen fietst. De Duitstaligen worden lastig gevallen en vertrekken langzaamaan naar Duitsland. Ook het gezin van Windisch heeft plannen om te verkassen, maar gemakkelijk wordt hen dat niet gemaakt.
 
In het besloten dorp heersen traditionele verhoudingen en bijgelovigheden. Er vliegt een uil rond, die de dood inluidt als hij bij iemand op het dak gaat zitten. Een belangrijke rol speelt het gezin van de meubelmaker waarvan de zoon Rudi, een glasblazer, al eerder de reis naar Duitsland heeft ondernomen. Het gezin wacht op de dood van oma om hem achterna te gaan. Kleuterjuf Amalie wil met Rudi verder. Ze kreeg als geschenk een traan van glas van hem, die ze steeds moet vullen. De meubelmaker vertelt Windisch hoe hij aan paspoorten kan komen, maar Windisch komt onverrichterzake thuis. Dochter Amalie moet zich uiteindelijk opofferen om de uitreispapieren binnen te slepen. Zowel de politieman als de pastoor hebben haar hulp nodig. De laatste zogenaamd om haar doopakte op te sporen. 

Tommy Wieringa - Dit zijn de namen


De roman begint in Michailopol, een fictieve grensstad in het voormalige Oostblok. Het ligt er volstrekt verlaten en afgesloten van de wereld. We volgen er de bezigheden van de 53-jarige politiecommissaris Pontus Beg. Lichtpuntje in zijn Oostblokgrauwe wereld is de maandelijkse vrijpartij met zijn huishoudster.  Hij eet gehaktbrood en drinkt bier in Tina's Bazooka Bar - Tina was een prostituee, maar serveert nu gewoon eten en drank. Pontus' kinderloze bestaan biedt een even desolate aanblik als het landschap.

In een tweede verhaallijn lezen we over de helletocht van een groep vluchtelingen. Wieringa vertelt hoe ze huis en haard verlaten om een betere toekomst te vinden. De één is op de vlucht, de ander denkt een uitverkorene te zijn en weer een ander vertrouwt erop meer geld te zullen verdienen in het nieuwe land. Bijeengebracht door een louche smokkelaar verlaten ze per vrachtwagen hun geboortegrond. In de veronderstelling voorbij de grens te zijn, verlaat de groep de vrachtwagen. Een enkeling is ervan overtuigd genept te zijn door de chauffeur en maakt meteen rechtsomkeert.

De rest begint 'onder wolken van inkt' aan een reis door de steppe. Tien tot vijftien man groot is het gezelschap dat door dit barre grasland trekt. Weken, maanden zijn ze onderweg op het moment dat ontreddering omslaat in grimmige waanzin en de meest kwetsbaren het op gruwelijke wijze moeten ontgelden. In huiveringwekkende passages beschrijft Wieringa het fysieke leed van uitgeteerde mensenlichamen en bovendien heeft hij een bijzonder oog voor de machtsmechanismen die spelen in zo'n groep gehavende en op elkaar aangewezen zielen.

De oeverloosheid van de tocht maakt de reis tot een moderne exodus naar het Beloofde Land. Een toevalligheid is die gelijkenis niet. Exodus is de titel van het tweede boek uit het Oude Testament dat begint met de zin 'Dit zijn de namen van de zonen van Israël'. Het boek beschrijft de vlucht van het Israëlische volk uit Egypte naar het land Kanaän.
 
Het ware thema van 'Dit zijn de namen' is ons eeuwige talen naar andere levens. Terwijl de vluchtelingen wanhopig over de steppe dwalen, op zoek naar beter leven, stoot Pontus op aanwijzingen dat hij Jood is, en begint hij samen met een rabbi een verbeten zoektocht naar een nieuwe identiteit. Dat maakt van hem een lotgenoot van de vluchtelingen - en moesten ook de Joden niet eerst een woestijn doorbanjeren ?
 
Waar het om gaat, daar laat Wieringa geen misverstand over bestaan, is wat mensen geloven. Alles draait om de betekenis die ze aan die feiten geven. Dat kun je lezen als het begin van een religieuze verklaring, maar ook breder zien: het geldt immers evenzeer voor de aanbidding van het gouden kalf, voor het geloof in magische krachten van een mensenhoofd of de veronderstelling dat er achter het prikkeldraad een nieuw land begint met de kans op een nieuw leven.

18 dec 2012

Haruki Murakami - De olifant verdwijnt


Waarom kom ik er toch zo moeilijk toe om een volwaardige roman van Murakami te lezen? De man is buiten een groot romancier ook een meester in het schrijven van kortverhalen. Deze bundels neem ik dan ook gemakkelijk ter hand om even te verpozen tussen het lezen van iets zwaardere romans. De verhalen lenen zich er immers toe om met minimale inspanning een maximaal leesgenot te ervaren. Deze bundel, De olifant verdwijnt, stamt oorspronkelijk uit 1993, maar werd pas in 2005 in het Nederlands vertaald. In tegenstelling tot het dit jaar verschenen Kangoeroe correspondentie, zijn deze verhalen veel duisterder en mystieker. Een stijl die typerend wordt genoemd voor Murakami, maar die ik tot op heden nog maar in beperkte mate mocht ervaren.
 
In De tweede broodjesroof overvalt een pasgetrouwd koppel een McDonalds-restaurant waar ze dertig Big Macs eisen om een oude vloek op te heffen. In TV people dringen vreemde mensachtige wezens de woonkamer van een man binnen en zetten daar een televisie neer. Het leven van deze man zal nooit meer hetzelfde zijn. 
 
In De dansende dwerg verleidt een dwerg een jonge man in zijn droom ertoe zijn lichaam te mogen gebruiken, om met zijn danspassen het hart van een meisje te veroveren. Vanaf het vierde verhaal Schuurtjes in brand steken, over een yuppie die voor zijn plezier af en toe graag een onschuldig schuurtje in brand steekt, wordt de grens tussen de alledaagse realiteit en het surreële subtieler overschreden.  
 
De olifant verdwijnt is het vijfde van de zes verhalen in deze bundel. Op een dag verdwijnt de olifant samen met zijn verzorger op onverklaarbare wijze. Dit verhaal kent een open einde, net zoals de meeste verhalen in dit bundel. Opwindvogels en dinsdagse vrouwen is het laatste en langste verhaal dat het moet hebben van zijn broeierige scènes.
 
Ook deze bundel bevat een aantal knappe verhalen die zich allen afspelen in de buitenwijken van Tokyo. Je wordt meteen in het verhaal meegenomen, omdat alles in de ik-vorm is geschreven. Het hoofdpersonage is altijd een ietwat slungelige twintiger of dertiger met wie het meestal niet zo goed afloopt. 
 

Michel Houellebecq verhuist terug naar Frankrijk

 
De Franse successchrijver Michel Houellebecq verhuist terug naar Frankrijk, na jarenlang in Ierland te hebben gewoond . Zijn verhuis is om persoonlijke redenen en zou geen statement zijn tegen de 'rijkentaks' van president François Hollande.

Bekende, en minder bekende, rijke Fransen ontvluchten Frankrijk vanwege de belastingpolitiek van de nieuwe linkse president François Hollande. Hoge vermogens worden er sinds kort extra belast. Diverse Franse rijken kiezen voor Franstalige gebieden, zoals Wallonië of Zwitserland.

Houellebecq, die in 2010 de prestigieuze prix Goncourt won, doet nu het omgekeerde. Hij verlaat zijn stek aan de Ierse kust voor Parijs. Zijn verhuis is echter geen statement, benadrukt hij. Houellebecq wil weer Frans spreken. "Als ik voor Frankrijk kies en niet voor een ander Franstalig land is dat om persoonlijke redenen, het is geen militante zet", zegt hij. "Geld is belangrijk, maar het is niet het belangrijkste", zegt hij.

14 dec 2012

Howard Jacobson - Het uur van de dieren

Howard Jacobson won met zijn vorige roman De Finklerkwestie de Man Booker Prize in 2010. De jury loofde hem voor zijn ingenieus grappige, droevige en subtiele schrijfstijl. Een stijl die ook zijn huidige roman Het uur van de dieren kenmerkt. Maar er is ook plaats voor kritiek. De klassieke romanschrijver wordt verdrukt door de nieuwe media. Iedereen denkt schrijver te zijn en niemand wil nog echt lezen. Wie zich niet profileert via twitter of facebook is al op voorhand verloren. Het internet zorgt ervoor dat iedereen een mening heeft, vaak voor ze het boek hebben gelezen, als ze het überhaupt nog willen lezen. Om maar te schetsen dat het schrijver en hoofd-personage Guy Ableman niet voor de wind gaat.

Zij afkalvende succes als schrijver laat zijn sporen na. Zo pleegt zijn uitgever zelfmoord en sluit zijn favoriete bibliotheek een week nadat hij er een lovend artikel over schreef. Vrouwen vinden zijn boeken dan weer vrouwonvriendelijk en uitgevers zien hem niet graag komen in een tijd dat kookboeken en verhalen over vampieren en de Tudors hoogtij vieren. Niet dat hij grote ideeën heeft voor een nieuwe roman. Een vervolg op zijn debuutroman over apen met vuurrode penissen of het verhaal van een schrijver die op zoek is naar een onderwerp voor zijn nieuwe roman. Zo diep is hij al gezonken.

Dus waarom niet volledig ten onder gaan, denkt Guy Ableman als hij het plan opvat om zijn schoonmoeder te verleiden en dit ook als premisse voor zijn roman te gebruiken. Zijn schoonmoeder Poppy ziet Guy Ableman als de (nog) betere versie van zijn vrouw. Hij leerde beiden kennen toen hij de kledingzaak van zijn moeder runde. Zijn vrouw Vanessa viel voor hem toen hij als schrijver gepubliceerd werd, maar toen waren ze al twee jaar getrouwd. Zelf heeft ze ook schrijversambities, maar ze geraakt nooit verder dan de eerste bladzijde.

De tanende roem zorgt voor een sarcastische verhouding tussen Guy en Vanessa. Het respect van Vanessa is evenredig gedaald met zijn aanzien. Geen van beiden blijft de ander trouw, of zo denk Guy toch, maar ze blijven wel samen. En ook de schoonmoeder, Poppy, blijft nog lang in de buurt rondhangen, wat Guy interpreteert als welwillendheid van haar kant.

Guy Ableman zal zijn eigen leven verwerken in een roman die absoluut niet autobiografisch wil zijn. Door de personages te veranderen, verander je immers het verhaal. Het duurt lang voor hij een geschikt hoofdpersonage vindt, tot hij zijn broer de hoofdrol toebedeelt; de biseksuele dandy van de familie die bluft dat hij met zowel Vanessa als Poppy het bed heeft gedeeld en een hersentumor heeft.

De verhoudingen veranderen echter dramatisch als Vanessa zich ertoe zet haar eindeloos project te finaliseren. Haar boek wordt zelfs verfilmd door een van haar aanbidders die ze op hun tocht door Australië leerde kennen. Na haar succes blijft Guy verweesd achter, als Vanessa besluit naar Australië te verhuizen om haar carrière verder te zetten. Tot overmaat van ramp begint Poppy een relatie met zijn uitgever. Alleen achtergelaten zal Guy Ableman zich opnieuw moeten uitvinden om te overleven.

Het uur van de dieren staat vol cynische humor en is doorspekt met citaten en anekdotes van gerenommeerd schrijvers. De roman schetst een onthutsend negatief beeld over de hedendaagse literatuur met harde en bijtende kritiek op de uitgeverswereld. Het is echter vooral een zeer aangenaam boek om te lezen.

12 dec 2012

Te ontdekken : J.M. Coetzee, een schrijversleven


Ondanks de internationale status van J.M. Coetzee als schrijver en literatuurwetenschapper bestond er tot op heden nog geen uitgebreide biografie over de Nobelprijswinnaar. Zuid-Afrikaans letterkundige J.C. Kannemeyer kreeg de volledige mede werking van Coetzee en zijn familie, vrienden en collega’s en hij nam talloze interviews met hen af om een zo compleet mogelijk beeld te vormen van Coetzee.

Het is halverwege de zeventiende eeuw, als Dirk Couché (die later zijn naam als Coetsé gaat schrijven) zich inscheept op de Asia en van Texel naar Kaap de Goede Hoop vaart. Hij komt uit Kampen en vestigt zich met zijn echtgenote als vrije burger in een boerderij, die hij Coetzenburg noemt. Biograaf Kannemeyer heeft zich verdiept in voorouders van John Coetzee en schetst een levendig beeld van de eerste Nederlanders die in Zuid-Afrika gaan wonen. De familie van moederskant komt oorspronkelijk uit Duitsland en onder hen bevinden zich ook enkele schrijvers van romans en tractaten in het Afrikaans. Coetzees vader Jack was advocaat en zijn moeder Vera Wehmeijer was onderwijzeres.

Kannemeyer zet vele misverstanden recht in deze magistrale biografie. Hij belicht onder meer Coetzees houding ten opzichte van het apartheidsregime, zijn deelname aan een studentenprotest op de universiteit van Buffalo, waardoor hij wordt uitgewezen uit de Verenigde Staten, zijn standpunt in de kwestie Salman Rushdie. Hij vertelt over Coetzees eerste stappen in de literatuur en citeert diens eerste lange, epische gedicht, hij gaat in op de ontstaansgeschiedenis van Coetzees romans en geeft voor het eerst achtergrondinformatie over Coetzees huwelijk, zijn kinderen en de manier waarop Coetzee zich voor zijn gezin heeft ingezet.

Deze zorgvuldige biografie is onmisbaar voor iedereen die een van de belangrijkste schrijvers van onze tijd beter wil leren kennen. J.M. Coetzee. Een schrijversleven is een uitstekend gedocumenteerde biografie en een onmisbare bron van informatie voor iedereen die nieuwsgierig is naar de achtergronden en wording van Coetzees indrukwekkende oeuvre en zijn relatie tot Zuid-Afrika. (bron : uitgeverijcossee.nl)

9 dec 2012

Wordt verwacht : David Foster Wallace - De bleke koning


Op 15 januari 2013 verschijnt postuum de Nederlandse vertaling van de laatste roman van David Foster Wallace, genaamd De bleke koning. De Amerikaanse auteur David Foster Wallace was 46 toen hij in september 2008 zelfmoord pleegde. Zijn roman in wording, De bleke koning, was toen nog verre van voltooid. Een groot deel van het boek beschrijft de wereld van belasting-ambtenaren die op kantoor troosteloos gebogen staan over de laden die ze opentrekken.

Over het script van De bleke koning doen inmiddels al vele legenden de ronde. In de garage waarin Wallace in Claremont (Californië) werkte, zou zijn weduwe maanden na de dood van haar man een mooi geordende stapel van een paar honderd bladzijden aangetroffen hebben die enkele hoofdstukken van De bleke koning bevat zou hebben. Volgens een andere versie zou een agent van de uitgeverij het romanscript tijdens het ordenen van Wallace’ literaire nalatenschap ontdekt hebben. Al die geruchten stimuleren de nieuwsgierigheid en dus de verkoop.

Het was geen sinecure om de roman uit de nagelaten manuscripten samen te stellen, beweert nu van zijn kant Michael Pietsch. Pietsch, die door sommigen al de coauteur van De bleke koning wordt genoemd, is de lector die alle manuscripten van Wallace van Californië naar New York heeft verhuisd. Als Wallace de schrijver van De bleke koning is, dan is Pietsch de samensteller ervan. Pietsch deelde het script in hoofdstukken in en besliste over de opeenvolging ervan. Hij heeft duizenden bladzijden uit het nagelaten werk van Wallace gesorteerd en geëvalueerd. De bleke koning telt nu vijftig hoofdstukken, waarvan sommige slechts enkele regels en andere meer dan honderd bladzijden lang zijn. Sommigen zeggen nu al dat het werk van Michael Pietsch vergelijkbaar is met de ingreep van Max Brod in Franz Kafka’s Het slot.

De meeste kritieken zijn erg enthousiast. The New York Times heeft het over een diep treurig, diep filosofisch boek, waarin alle thema’s, verteltechnieken en obsessies van David Foster Wallace aan bod komen en Time noemt de roman zelfs zijn beste boek. Volgens teruggevonden notities van de auteur moest de roman de structuur van een tornado hebben. De recensenten zijn uiteraard ook ijverig op zoek naar passages die naar de toekomstige zelfmoord van de auteur verwijzen.

Lees de recensie hier.

Nobelprijswinnaar looft censuur

De Nobelprijswinnaar Literatuur Mo Yan deed gisteren de wenkbrauwen fronsen tijdens een persconferentie. De Chinese auteur, die jarenlang voor het leger van de Volksrepubliek werkte en het goed kan vinden met het regime in Peking, verdedigde namelijk censuur-maatregelen. Volgens Mo mag censuur de waarheid geen geweld aan doen, maar moeten geruchten of smaad gecensureerd worden. ‘Ik vind wel dat censuur hoogstaande principes moet hanteren', zei hij.
 
Mo krijgt maandag de Nobelprijs. De vrijheid van meningsuiting is een heikele kwestie in China. Mo vergeleek censuur met de strikte veiligheidsprocedures op luchthavens. ‘Toen ik door de douane ging, vroegen ze me zelfs om mijn riem en mijn schoenen af te doen. Maar ik vind dat noodzakelijke controles.'
 
Vragen over Liu Xiaobo, zijn landgenoot en collega die in 2010 de Nobelprijs voor de Vrede won, maar in de gevangenis zit, ging Mo liever uit de weg. Een paar weken geleden zei hij dat hij hoopt dat Liu binnenkort vrijkomt. Daar verwees hij nu weer naar. ‘U kunt mijn mening op het internet vinden. Ik hoop dat dit volstaat.' (bron : standaard.be)

5 dec 2012

Alessandro Baricco - Zonder Bloed


Alessandro Baricco heeft wel meer van die kleine, fijne boekjes geschreven. Zonder bloed is echter van een heel ander kaliber als Zijde en dat is letterlijk bedoeld. Haarfijn, als een filmscène als het ware, vertelt Baricco de gruwelijke gebeurtenis-sen op een afgelegen boerderij op het platteland waar een vader en zijn zoon worden afgemaakt door drie mannen die komen aangereden in een mercedes. De vader weet meteen dat er iets niet pluis is als hij de wagen ziet naderen en gebiedt zijn jonge dochter zich te verschuilen onder een luik. Ze mag er onder geen beding uitkomen zolang ze nog iets hoort. Ze krult zich op en wacht de gruwelijke gebeurtenissen samen met de lezer af.
Manuel Roca is arts en staat gekend als folteraar uit de oorlog, welke wordt niet genoemd. Zijn bijnaam is de Hyena. De drie mannen komen een rekening vereffenen. Ze omsingelen het huis en krijgen hem te pakken. Terwijl ze hem folteren voor begane oorlogsmisdaden, komt de zoon tevoorschijn die een schot lost op het drietal. Ze antwoorden met een regen aan kogels. Daarna steken ze het huis in brand. Enkele dagen later komt een man te paard langs de zwartgeblakerde hoeve en ziet daar het meisje, Nina, wezenloos zitten. Hij neemt haar mee op zijn paard.

Vele jaren later is het meisje een mooie oude vrouw die stopt aan een loterijkraam. De man achter het loket herkent haar meteen. Hij is één van de drie mannen die haar vader hebben vermoord. Hij is ook degene die haar destijds had gevonden, maar haar niet heeft verraden. Ze nodigt hem uit voor een gesprek in een café. Beiden vertellen ze hun waarheid en hun versie van haar geschiedenis. Ze is schuldig aan de dood van de andere twee. De man weet waarvoor ze gekomen is en neemt er vrede mee.

Deze mooie vertelling is opgedeeld in twee hoofdstukken die niet meer van elkaar konden verschillen qua toon en sfeer. Het brute eerste deel trekt je mee in het geweld en het drama, terwijl het tweede deel loutering biedt.

3 dec 2012

Alessandro Baricco - Zijde

 
Zijde is niet groter en maar iets dikker dan een zakagenda, maar beoordeel deze roman zeker niet op zijn omvang. Zijde is een klein, subtiel geschreven meesterwerkje met fraai gekunstelde zinnen die je voor je plezier meermaals wil herlezen. Het betreft een geschiedenis, en geen verhaal, zoals Alessandro Baricco in de inleiding zelf verwoordt, die zich afspeelt in de negentiende eeuw en die reikt van Zuid-Frankrijk tot in het oneindige, waarmee Japan wordt bedoeld. Een epidemie onder zijderupsen in Europa, maar ook in verdere gebieden als Egypte en Indië, zorgt ervoor dat Hervé Joncourt zijn handel naar daar moet verleggen.
Voor de epidemie boerde Hervé goed als handelaar in minuscule eitjes van larven die later de zijde voortbrengen. Bij het begin van de plaag verlegt hij zijn terrein naar Klein-Azië, maar ook daar worden de rupsen aangetast. Baldabiou, een selfmade-man die ook in zijde handelt, vraagt Hervé om in zijn opdracht naar Japan af te reizen, waar de larven nog onaangetast blijken te zijn. Japan is immers een eiland dat erg schuw staat tegenover inmenging van buitenaf.
 
Clandestien reist Hervé naar het Verre Oosten om daar in contact te komen met Hara Kei die hem voorziet van eitjes die de mooiste zijde voortbrengen. De weverijen van Baldabiou kennen hierdoor een bloeiende handel. In Japan raakt Hervé in de ban van een jonge vrouw met niet-oosterse ogen die aan Hara Kei toebehoort. Als hij het jaar daarop terugkeert, stopt ze hem bij het afscheid een briefje toe met de boodschap "Kom terug, of ik ga dood". 
 
Hervé trekt een derde jaar op rij naar Japan, wat een tocht van drie maanden inhoudt, om dan net op tijd terug te zijn voor de eitjes uitkomen. In Japan staart hij uren in de ogen van het meisje die ingespannen zijn blik beantwoordt. Voor hij terug vertrekt, schenkt zij hem een nacht met een ander meisje. Terug in Zuid-Frankrijk merken de mensen en Hervé's vrouw voorop dat hij veranderd is. Hij bouwt in zijn hoofd een tuin met grote vogelkooi, zoals Harak Kei die heeft. 

Het vierde jaar wordt hem afgeraden naar Japan te trekken, maar Hervé zet zijn wil door en treft het land in oorlog aan. Er blijft niets over van het paleis van Hara Kei en na lang zoeken vindt hij het gezelschap op hun vlucht door het land. Hara Kei beveelt Hervé terug te keren en zijn begeerte voor het meisje op te geven. Hij krijgt haar niet meer te zien en keert zonder eitjes terug. Thuis schakelt hij de werkloze wevers in om zijn tuin af te maken. Gaandeweg groeit het besef dat hij iets najoeg dat hij nooit zou kunnen vangen. Tot hij op zekere dag een brief in Japanse schrift ontvangt.

Zijde zit voor zo'n kort verhaal boordevol bijna ongrijpbare symboliek. De gevangen vogels in de kooi symboliseren de liefde van de man voor zijn vrouw. Elke tocht die Hervé onderneemt is bijna identiek, maar toch weer anders. Zijde is een literaire parel die je meermaals wil herlezen om er telkens iets nieuw in te ontdekken.

1 dec 2012

Chris Adrian - Midzomernacht

Chris Adrian is een Amerikaanse schrijver die inmiddels aan zijn derde roman toe is. Hij oogstte veel lof met zijn tweede werk Kinderhospitaal waarin hij de wereld liet overstromen. Met het recente Midzomernacht bewijst hij dat hij nog meer in zijn mars heeft. Adrian is kinderoncoloog en theoloog van opleiding. Deze achtergrond schemert door in zijn verhalen, waar personages met de dood van een geliefde of van een kind worstelen. Midzomernacht is een excentrieke roman over liefde, dood en rouw gelardeerd met expliciete sex en allerlei soorten vreemde elfen. Het is trouwens een bewerking van Shakespeare's Midzomernachtsdroom. Absoluut een vreemde en intrigerende leeservaring.

Deze ingewikkelde roman heeft veel personages met veel bagage. Drie mensen die elkaar niet kennen zijn op weg naar een feest. Hiervoor moeten ze door het Buena Vista Park en raken ze verdwaald. Het is midzomernacht en elk van hen komt in contact met de sprookjeswereld van elfen die zich in het bos ophoudt. De elfenkoningin heeft de ketens van de moordzuchtige Puck verbroken, waardoor iedereen die zich in het bos bevindt gevaar loopt.